Biodiesel uit afval is een realistische, direct inzetbare, schaalbare en circulaire oplossing om ambities in de energietransitie waar te maken
Duurzaam
Uit onderzoek blijkt dat biodiesel uit van afval de hoogste broeikasgasreductie (90%) oplevert in vergelijking met alternatieve brandstoffen. Hierdoor draagt biodiesel uit afval in 2020 in zijn eentje voor 50% bij aan de totale broeikasgasreductie op transportbrandstoffen in Nederland. Bovendien wordt een anders vervuilende afvalstroom gebruikt om brandstof te produceren, waarmee een deel van het afvalprobleem wordt opgelost.
Geen afval, wel brandstof
In tegenstelling tot biobrandstoffen die uit gewassen worden vervaardigd (eerste generatie), leggen de bestanddelen van biodiesel uit afval geen direct beslag op landbouwgrond. Hierdoor komt er geen opwaartse druk op de voedselprijzen en draagt biodiesel uit afval niet bij aan voedselschaarste zoals bij het gebruik van voedselgewassen. Afgewerkte bak- en braadolie, dierlijke vetten en andere soortgelijke grondstoffen zijn puur afvalstoffen en de productie van biodiesel op basis van deze stoffen is een duurzame methode om een afvalstof te verwijderen, en daarmee een waardevolle hernieuwbare hulpbron met lage uitstoot te creëren.
Beschikbaar
Biodiesel uit afval is onmiddellijk beschikbaar. Nederland beschikt over een moderne biodieselindustrie en een actief inzamelsysteem voor de benodigde grondstof. Door de schaalgrootte kunnen deze brandstoffen in grote hoeveelheden aan de transportsector worden geleverd. Biodiesel uit afval voldoet aan alle kwaliteitseisen en is bruikbaar zonder ingrijpende aanpassingen aan de motor. Het is de goedkoopste dieselvervanger die beschikbaar is, dankzij de efficiënte conversietechnologie, het succes van de industrie en de beschikbaarheid.
Samen duurzamer
Biodiesel speelt een sleutelrol bij het koolstofvrij maken van de hele sector en werkt complementair met andere oplossingen, zoals elektrificatie. Biodiesel draagt bijvoorbeeld bij tot de duurzaamheid van verbrandingsmotoren, waarbij elektriciteit de rest voor zijn rekening neemt. Beide zijn cruciaal (en complementair) voor het bereiken van de duurzaamheidsdoelstellingen in de vervoerssector in de komende decennia.